Afgelopen week was het weer raak. In Ab Klink’s nimmer aflatende inspanningen de kosten van onze gezondheidszorg te verlagen heeft hij dit keer bedacht de inkomens van de “vrij gevestigde” medisch specialisten te maximeren. Ongeveer de helft van de 12 duizend specialisten werkt voor een salaris van maximaal 115.000 euro in academische ziekenhuizen en gaf geen kik. De andere helft droeg luidkeels allerlei argumenten aan waarom het onverstandig zou zijn ook hun inkomens over te laten aan ziekenhuisdirecties. Zij zijn immers ondernemer. Tenminste… dat vinden ze zelf.

Of iemand in Nederland ondernemer is beslist de Belastingdienst. Dat doen ze aan de hand van de acht criteria van de ondernemersmeetlat. Laten we de medisch specialisten daar eens langs leggen.

We beginnen met het winst- en urencriterium. Daaraan voldoen ze ruimschoots. Ze verdienen genoeg om door de Belastingdienst serieus genomen te worden en werken volgens eigen zeggen gemiddeld  60-70 uur per week.

Ze voldoen vast ook aan het aansprakelijkscriterium. Daar hebben ze hebben immers allemaal een verzekering voor. Tot zover gaat het prima.

Bij het kapitaalscriterium wordt het moeilijker, want ze hebben enerzijds meestal geïnvesteerd met inkoop in een maatschap. Anderzijds komen de meeste investeringen waarmee ze hun geld verdienen voor rekening van het ziekenhuis.

Bij het zelfstandigheidscriterium komt de twijfel. Van alle vakgebieden is de gezondheidszorg ongetwijfeld degene met de meeste protocollen en regels. Weinig vrijheid in de manier waarop dus. Hun tarieven worden door anderen vastgesteld en ziekenhuisplanners bepalen wanneer en waar ze hun werk doen omdat meerdere disciplines operatiekamers en apparaten gebruiken. En dan krijgen ze ook nog orders van hun geliefde opdrachtgever – de ziekenhuisdirectie.

Dat brengt ons bij het opdrachtgeverscriterium. Ze declareren aan ziekenhuizen, patiënten en verzekeraars. Dat lijken meerdere opdrachtgevers, maar ze krijgen hun patiënten wel praktisch altijd via een ziekenhuis.

Dan zijn we bij het reclamecriterium. De bordjes Urologie, Gynaecologie en EHBO in ziekenhuizen komen op mij niet over als reclameborden, daarnaast heb ik nog nooit een internist met autoreclame zien rondrijden.

Tot slot is er het ondernemersrisico. 99% van de ondernemers zal jaloers zijn op het debiteurenrisico dat specialisten hebben. Om maar te zwijgen over de enorme concurrentie waarmee ze te maken hebben. ‘U mankeert dát? Dan moet u naar díe specialist.’ Punt.

Wat mij betreft zijn er in dit land nooit genoeg ondernemers. Maar waar jaarlijks duizenden ondernemenden van de Belastingdienst te horen krijgen dat ze géén ondernemer zijn, worden de regels voor dit groepje wel erg ruim geïnterpreteerd. Hoog tijd daar eens mee te stoppen. Gewoon alle specialisten in loondienst. Dat scheelt iedereen een hoop gedoe en dan kunnen zij weer focussen op waar ze écht goed in zijn, mensen beter maken.

[twitter style=”vertical” float=”left” lang=”nl”]  [linkedin_share style=”top” float=”left”]  [fblike style=”box_count” float=”left” showfaces=”false” width=”450″ verb=”like” font=”verdana” locale=”nl_NL”]