Vorige week schreef ik in deze krant dat herinneringen verzamelen mijn belangrijkste levensdoel is. De middag na verschijning ontving ik via de sociale netwerksite LinkedIn een contactverzoek van Wouter.

Hij schreef me dat hij sinds enige tijd mijn columns leest, inmiddels ook ondernemer is en al vaker had bedacht me eens te benaderen. Toen hij las dat ik herinneringen verzamel leek het hem een mooi moment me te herinneren aan de tijd dat we als twintigers (vooral in het uitgaanscircuit) regelmatig contact hadden. Zijn LinkedIn-verzoek was voor mij veruit het leukste uit de afgelopen maanden.

Want hoe anders ziet de overgrote meerderheid van de LinkedIn-verzoeken eruit. Die komen van mensen, meestal ondernemers, die ik totaal niet of amper ken. Mensen die ik nog nooit in levende lijve heb ontmoet of amper vijf minuten heb gesproken op een bijeenkomst. Die vullen bij het contactverzoek meestal in dat we vrienden zijn en anders dat we samen zaken hebben gedaan. Ik ben niet meer piep, maar kan me geen enkele van die vriendschappen en voormalige zakenrelaties herinneren.

Van het mailtje dat bij die contactverzoeken zit, krijg ik ook zelden een warm gevoel. De drie woorden ‘Zullen we linken?’ zijn populair. En ook het ‘ik voeg je graag toe aan mijn netwerk’ komt vaak voorbij.

Soms zijn mensen iets duidelijker. Dan zetten ze erbij dat ze een boek of column van me hebben gelezen en daarom graag linken. Of dat ze dat willen omdat we ‘beiden in Tilburg zijn gevestigd’. Een maand of wat geleden kwam er zelfs een contactverzoek met daarin ‘het zou enorm goed voor mijn imago zijn als jij in mijn netwerk zit’.

Waarom schrijft niemand van al die – ongetwijfeld leuke, boeiende en capabele – ondernemers waarom voor mij interessant zou zijn op hun verzoek in te gaan? Want eerlijk gezegd, als in mijn netwerk zitten goed is voor iemands imago, bekruipt mij toch echt het gevoel dat dat wellicht slecht is voor mijn imago.

Het belangrijkste doel van LinkedIn is geregistreerden gebruik te laten maken van elkaars (zakelijke) netwerk. Dat gebeurt door contacten te leggen met anderen die je vertrouwt.

Mijn belangrijkste vraag bij al die verzoeken van (bijna) onbekenden is dan ook, hoe het kan dat zo veel ondernemers hun LinkedIn-netwerk willen uitbouwen met mensen die ze nog nooit zelf in de ogen hebben gekeken?

Het is lang geleden dat ik in Wouter’s ogen heb gekeken. Toch vertrouw ik hem voor de volle honderd procent. Zijn ouders waren vrienden van de mijne. Ik ben uiteraard met veel plezier op zijn verzoek ingegaan. En als ik ooit zakelijk wat voor hem kan betekenen doe ik dat graag.

Het zou fijn zijn als al die overijverige Linkedinners hun tijd en energie voortaan stoppen in het opnieuw contact leggen met hun eigen Wouters. Dat levert ongetwijfeld meer op dan onbekenden benaderen.

[twitter style=”vertical” float=”left” lang=”nl”]  [linkedin_share style=”top” float=”left”]  [fblike style=”box_count” float=”left” showfaces=”false” width=”450″ verb=”like” font=”verdana” locale=”nl_NL”]