Ik heb het een tijdje voor me gehouden, maar begin dit jaar ben ik besmet geraakt met het golfvirus. Manlief en ik liepen tijdens een vakantie met mijn vader een dagje over een baan. Toen besefte ik dat het ons al heel lang leuk leek af en toe met mijn vader te golfen. En leek het me handig daarmee niet te wachten tot ná diens tachtigste verjaardag.

Daarnaast zijn er veel ondernemers die golfen en heb ik de afgelopen jaren veel golf-uitnodigingen aan me voorbij laten gaan. Het leek me dus ook vanuit zakelijk perspectief tijd maar eens een Golf Vaardigheids Bewijs te halen.

Zo gezegd zo gedaan, en eind april een ‘GVB-in-een-weekend’ geboekt. Nou is dat natuurlijk niet helemaal in één weekend, want je wordt wel geacht thuis vooraf de regels te bestuderen. En die zijn enorm boeiend. Vooral die over golfballen in konijnenholletjes. Met een hockeyverleden bleek het praktijkexamen gelukkig mee te vallen.

In mei kwam mij eega erachter dat je op golfbanen uitermate goedkoop kunt slapen en brachten we een week door vlakbij Rome. We liepen zes dagen achter elkaar 18 holes, da’s dik vier uur per dag wandelen. Onder het motto ‘when in Rome’ bezochten we de lokale designer outlet. Daar kocht ik mijn eerste golfrokje. Een roze, want golfende vrouwen dragen roze. Of ze willen of niet.

In juni was het tijd voor mijn eerste zakelijke golfuitje. En door het vele golfen haalde ik begin juli mijn officiële handicap van 36. Eind juli won ik ook meteen mijn eerste toernooi. Mijn vader adviseerde me daar vooral van te genieten, want de meeste mensen winnen alleen toernooien als ze net hun handicap hebben. Dan ben je schijnbaar nogal in het voordeel.

In augustus bleek dat mijn eerste golfblessure niet zomaar voorbij ging. Tijdens de golfweek in mei had ik mijn linkerpink overbelast. Ja echt, mijn linkerpink. September en oktober waren gevuld met rust, pillen en een hormonenprik. Eind oktober begon ik weer voorzichtig, maar in november (zakelijk altijd mijn hoogseizoen) was er naast werken en looptrainingen voor de volgende vakantie, geen tijd om te golfen.

Afgelopen zondagavond net na middernacht beleefde mijn korte golfcarrière haar voorlopige hoogtepunt. Toen zag ik op tv de grootste god in golf voor het eerst in twee jaar een toernooi winnen. Tiger Woods leerde me weer eens dat je ook na de allerdiepste dalen een winnaar kunt zijn.

De grootste golfles die ik afgelopen jaar leerde is echter waarom zo veel ondernemers golfen met hun zakenrelaties. Het is het allerbeste excuus om met mooi weer niet te hoeven werken, maar lekker te gaan buiten-spelen-voor-grote-mensen. En de Belastingdienst betaalt nog mee ook.

Als het weer meewerkt denk ik zomaar dat ik volgend jaar regelmatig ga buiten spelen met zakenrelaties. En met mijn vader.